Job 1; Welk doel heeft het lijden van gelovigen? Dit is het vervolg op de studie ‘Inleiding Boek Job’. In deze studie wordt verder ingegaan op het Bijbelse antwoord op de vraag welk doel het lijden van gelovigen heeft. Ook wordt Job 1 in deze studie vers voor vers behandeld.
Episch en historisch
Hoofdstuk één en twee van het Boek Job zijn episch, oftewel verhalend. Deze hoofdstukken vertellen het verhaal en daarmee zijn ze ook historisch. Hetzelfde geldt voor de laatste zeven verzen van het Bijbelboek. Alle verzen ertussenin zijn in literair dichterlijke vorm geschreven, en zijn dus een gedicht. Het gedicht begint feitelijk in Job 3 : 1 en eindigt bij 42 : 9.
Het Boek Job is geen sprookje
Dat het in dichterlijke vorm geschreven is, wil niks zeggen over de gebeurtenissen. Veel gelovigen zien het Boek Job als een sprookje. Een tragisch begin en dan de gebruikelijke goede afloop. Maar het Boek Job is (vanzelfsprekend) een waargebeurde geschiedenis. Zoals élke Bijbelse geschiedenis daadwerkelijk gebeurd is. Anders kan er immers geen geestelijke – overdrachtelijke – betekenis aan gehangen worden.
De vrienden spreken geen Waarheid
Het gedicht ziet er in die 39 hoofdstukken heel groot uit en er wordt heel wat gezegd. Natuurlijk zijn ook deze hoofdstukken geïnspireerd door God. Maar dat betekent niet dat de drie vrienden Waarheid spreken! Ook spreken zij elkaar tegen. Het is dus oppassen met het citeren uit deze hoofdstukken. Job spreekt de drie vrienden tegen. Job is het nooit met ze eens.
Indeling van het boek Job
Hoofdstuk 3 tot en met hoofdstuk 31 gaat over Job en zijn drie vrienden. Er zijn drie ronden van drie keer vraag-en-antwoord tussen Elifaz-Job, Bildad-Job en Zofar-Job. Hoofdstuk 38 tot en met 42 : 6 zes, gaat over Job en God. Dus eerst is er een lange uiteenzetting tussen Job en zijn vrienden en daarna tussen Job en God. De kérn van het hele betoog is hoofdstuk 32 tot en met hoofdstuk 37. In die hoofdstukken staat de uiteenzetting van Elihu.
Antwoord op de vraag
Het betoog van Elihu staat helemaal op zichzelf. Het is de essentie van het hele Boek. Hier staat namelijk het antwoord op de vraag: ‘waarom dit lijden?’ Eerst richt Elihu zich tot de drie vrienden en daarna tot Job. En dat twee keer. Er komt geen commentaar op deze uiteenzetting. Elihu wordt in het begin niet geïntroduceerd en later hoor je er ook niks meer van.
Elihu spreekt de Waarheid
Hij is de vierde vriend van Job. Deze vierde vriend spreekt Job en de drie vrienden toe, met groot gezag en stelligheid. Hij is zelfverzekerd. Hij spreekt dan ook de Waarheid. In drie hoofdstukken zegt Elihu tegen Job en de vrienden (samengevat): ‘Het lijden is in de praktijk opvoedend. Het is tuchtiging en kastijding.’ En Bijbels gezien betekent kastijding en tuchtiging gewoon opvoeding, oftewel vorming.
Uiteindelijke bestemming
Het is nooit het Plan geweest van God om deze Schepping te behouden. In etappes vormt Hij een nieuwe Schepping. Die begon bij de Wedergeboorte van Christus, bij Zijn Opstanding. En elke gelovige is, samen met Hem, ook wedergeboren in die nieuwe Schepping. Geestelijk gezien, heeft Hij ons uit deze wereld getrokken, en overgezet in Zijn Hemels Koninkrijk. Dat is nieuwe Schepping. De bedoeling is dat de gelovigen, hier in deze oude Schepping, gevormd zouden worden voor hun uiteindelijke bestemming. (zie ook de studie ‘stage lopen’) Die bestemming in die nieuwe Schepping kennen wij niet, maar God wel.
Elihu
Job 32
1 Toen hielden de drie mannen op van Job te antwoorden, dewijl hij in zijn ogen rechtvaardig was. (de drie vrienden hielden hun mond toen Job zei dat hij rechtvaardig was)
2 Zo ontstak de toorn van Elihu, den zoon van Baracheël, den Buziet, van het geslacht van Ram; tegen Job werd zijn toorn ontstoken, omdat hij zijn ziel meer rechtvaardigde dan God. (Elihu werd boos, omdat Job meer over zichzelf sprak, dan over God)
3 Zijn toorn ontstak ook tegen zijn drie vrienden, omdat zij, geen antwoord vindende, nochtans Job verdoemden.
4 Doch Elihu had gewacht op Job in het spreken, omdat zij ouder van dagen waren dan hij.
5 Als dan Elihu zag, dat er geen antwoord was in den mond van die drie mannen, ontstak zijn toorn.
De naam Elihu in het Hebreeuws
Letterlijk stamt Elihu af van Buz, een neef van Abraham. Zijn afstamming in verband met de typologische betekenis:
Elihu = God is Heere; God is jehovah; Hij is God
= Zoon van Baracheël – Barak El = Zegen van God; Zegen Gods
Bekor El = Eerstgeborene Gods
Rakab El = Kerub El = Cherub El = Wagen; Ruiter; Heerlijkheid Gods
= Den Buziet = De Verachtte
= Uit het geslacht Ram = Hoog zijn; Hoge Plaats; De uitermate Verhoogde
Elihu kwam uit de Hemel
Er wordt niet vermeld uit welke landstreek Deze Zegen Gods, oftewel Deze Eerstgeborene Gods, oftewel Deze door de Wereld verachtte, Vriend van Job vandaan komt. Maar in het Hebreeuws wordt, via Zijn Geslacht, Zijn Oorsprong vermeld. Hij komt uit de Hoogte, namelijk uit de Hemel!! Door zijn naam begrijp je nóg beter dat Elihu een type van de Heere Jezus Christus is.
Typologie via de namen in de Bijbel
Prachtige typologie via de Hebreeuwse Naam. Zoals élke Hebreeuwse (en Griekse) naam in de Bijbel een typologische betekenis heeft. De naam zegt iets over de persoon. Ik gebruik vaak het boek ‘De Namen in de Bijbel’, dit is een complete lijst van alle namen in het Oude en Nieuwe Testament, met de betekenissen erbij vermeld.
Elihu is een type van de Verhoogde en Verheerlijkte Christus
Elihu is een type van de Verhoogde en Verheerlijkte Christus, meer dan Job. We kunnen dan ook veilig citeren uit de woorden van Elihu. We zouden de relatie tussen Elihu en Job kunnen beschouwen als een voorafschaduwing van Christus en de Gemeente. Want Job kan gezien worden als de Gemeente, inclusief de Heere Jezus, onder het Nieuwe Verbond, maar nog levend in het vlees. Maar als we Job naast Elihu hebben, dan moeten we zeggen dat Elihu een type is van de Christus en dat Job een type is van de Gemeente, het Lichaam van Christus. Op lager niveau is Job een type van alle gelovigen in de vierde Bedeling. De vierde Bedeling is de Bedeling van het Oude Verbond der Wet.
Nederigheid
Elihu spreekt Job en de vrienden toe. ‘Wij zouden nederig zijn ten opzichte van God. Het past ons niet om Hem te veroordelen en het past ons ook niet om van onszelf te zeggen dat ons niets mankeert. Wij zouden onze hoop stellen op de Levende God. Dáár draait het om. De vraag is niet wat de oorzaak is van het lijden, maar de vraag is waartoe het leidt’.
De oorsprong van het lijden van de mens in het algemeen, en de gelovige in het bijzonder, komt voort uit de strijd tussen God en satan. Gelukkig zien wij deze strijd niet. Het gebeurt in de geestelijke, onzienlijke wereld. Maar God laat alle dingen medewerken ten goede voor Zijn kinderen. (Romeinen 8 : 28) Die zekerheid hebben we. God veroorzaakt onze ellende niet, maar Hij gebruikt het om ons te vormen.
Jakobus 1
12 Zalig is de man, die verzoeking verdraagt; want als hij beproefd zal geweest zijn, zal hij de kroon des levens ontvangen, welke de Heere beloofd heeft dengenen, die Hem liefhebben.
13 Niemand, als hij verzocht wordt, zegge: Ik word van God verzocht; want God kan niet verzocht worden met het kwade, en Hij Zelf verzoekt niemand.
Lijden is noodzakelijk
Lijden is noodzakelijk voor onze vorming. Een baby kan ook niet direct lopen. Daar gaat veel vallen aan vooraf. Zonder vallen word je niet groot. Zonder ellende word je niet volwassen. En wij weten niet welke doelen God zich gesteld heeft voor ieder van ons. Wij kennen Zijn Plan met onze privélevens niet. Waarom treft de één meer ellende dan de ander? Wij weten het niet.
Welk lijden laat God toe?
Hóe God het lijden precies gebruikt, weten wij niet. Dat komt ook omdat het lijden een verzameling is van allerlei factoren die meespelen. God laat bewust bepaald lijden toe in ons leven. Maar wélk lijden doen we onszelf aan? En pijn en gezondheid zijn vaak erfelijk bepaald. Het is dus te gecompliceerd om daar zélf een antwoord op te geven. En trouwens, wat stelt geloof voor als het niet op de proef gesteld wordt! Je hoeft je geen zorgen te maken als het je slecht gaat, maar maak je zorgen als het je alleen maar voor de wind gaat!! Want wat zou je leren voor de eeuwige toekomst, als er in dit leven geen problemen zijn?
Spreuken 3
11 Mijn zoon! verwerp de tucht des HEEREN niet, en wees niet verdrietig over Zijn kastijding;
12 Want de HEERE kastijdt dengene, dien Hij liefheeft, ja, gelijk een vader den zoon, in denwelken hij een welbehagen heeft.
Vertrouwen op de Heere
De oude Schepping ligt nu eenmaal onder de macht van de (erf)zonde en de vloek die daarbij hoort. (zie ook de studie ‘wat is erfzonde?) God gebruikt het ten goede. Dat antwoord moet voldoende zijn voor ons. Job wist ook niet hoe het kwam en waartoe het zou leiden. Net zoals wij dat ook niet weten. Voor ons eigen persoonlijk leven weten wij de oorzaak van de dingen ook niet. En voor ons persoonlijk leven weten wij ook niet hoe het exact afloopt. Wat zijn de gevolgen en resultaten van dit leven voor ieder van ons afzonderlijk? Wij weten het niet. Maar wij zouden net als Job, vertrouwen op de Heere.
Na lijden komt Verheerlijking
Waar het naar toe moet? Nou, we komen eens voor de Troon van God te staan en God zal dáár beoordelen. Het lijden van de tegenwoordige eeuw/wereld, weegt niet op tegen de Heerlijkheid die geopenbaard zal worden. Er is oorzakelijk verband tussen het lijden híer en de Heerlijkheid hierna. De ellende van dit leven is bepalend voor de toekomst. Wij zouden híer met Hem lijden, om in de toekomst met Hem Verheerlijkt te worden.
Romeinen 8
17 En indien wij kinderen zijn, zo zijn wij ook erfgenamen, erfgenamen van God, en medeerfgenamen van Christus; zo wij anders met Hem lijden, opdat wij ook met Hem verheerlijkt worden.
18 Want ik houde het daarvoor, dat het lijden dezes tegenwoordigen tijds niet is te waarderen tegen de heerlijkheid, die aan ons zal geopenbaard worden.
IN DE PDF WORDT JOB I VERS VOOR VERS UITGELEGD
LEES VERDER IN DE PDF; JOB I; WELK DOEL HEEFT HET LIJDEN VAN GELOVIGEN?
Job 1; Welk doel heeft het lijden van gelovigen?
Welk doel heeft het lijden van gelovigen?