De Bijbel en de geslachtsorganen van de vrouw

‘De Bijbel en de geslachtsorganen van de vrouw’. Dit is de twaalfde, en één na laatste, studie van de reeks ‘De Bijbel en het menselijk lichaam’. Zoals we al in de vorige studies over het menselijk lichaam konden lezen, is de anatomie van de mens een plaatje, een beeld, van geestelijke Waarheden. Wat zegt de Bijbel over de vrouwelijke geslachtsorganen? En welke Waarheden uit Zijn Woord vinden we terug in de anatomie ervan? We kunnen het in deze studie ontdekken.

Klinkt misschien wat vreemd

De Bijbel en de geslachtsorganen van de vrouw bestuderen klinkt misschien wat vreemd, maar is zeker de moeite waard. Alles in de natuur is een weerspiegeling van het Wezen en Werk van de Heere. Een beeld van Zijn eeuwige Kracht en Goddelijkheid, zegt Romeinen. Alles een weersspiegeling? Ja, echt alles! Zélfs de geslachtsorganen van de mens. De Bijbelse Waarheden zijn terug te vinden in de natuur. Alles is geschapen zoals het behoort te zijn, er bestaat hierin geen toeval! Lijnen in Zijn Woord, komen overeen met lijnen in de natuur. Als je op deze manier leert kijken, en studeren, zul je steeds meer verwonderd zijn. Ook bestudering van de geslachtsorganen van de vrouw, geven weer een éxtra dimensie aan de Bijbelse Waarheden. Wat een Groot God! (zie ook de studies; ‘De Bijbel en het menselijk lichaam‘, en Typologie in de Bijbel‘)

Romeinen 1
19 Overmits hetgeen van God kennelijk is, in hen openbaar is; want God heeft het hun geopenbaard.
20 Want Zijn onzienlijke dingen worden, van de schepping der wereld aan, uit de schepselen verstaan en doorzien, beide Zijn eeuwige kracht en Goddelijkheid, opdat zij niet te verontschuldigen zouden zijn.
(Men kan God kennen, want God heeft het iedereen kenbaar gemaakt in Zijn Schepping. Het Wezen en de Werken van God zijn zichtbaar in Zijn Schepping, dus is niemand te verontschuldigen)

Adam bekende Eva

Genesis 4
1 En Adam bekende Heva, zijn huisvrouw, en zij werd zwanger, en baarde Kaïn, en zeide: Ik heb een man van den HEERE verkregen!
(de geboorte van de eerste mens)

De Heere is Schepper van man en vrouw. Hij heeft hen zó gemaakt dat zij zich kunnen voortplanten, zich kunnen vermenigvuldigen. Hij heeft de vrouw zo geformeerd dat zij kan ‘vruchtdragen’. In de vorige studie hebben we al gezien dat alle schepselen, zowel man als vrouw, vrouwelijk staan ten opzichte van de Heere. De M(m)an is de G(g)ever van Z(z)aad, en de vrouw de ontvanger ervan. Het zaad is een beeld van het Woord van God, en een beeld van Christus, het Zaad van Abraham en David. In de Bijbel wordt ‘geslachtsgemeenschap hebben’ vertaald met: bijliggen, ingaan tot, kennen, ofwel bekennen.

In gemeenschap leven met Christus

Geslachtsgemeenschap hebben, is een beeld van geestelijke gemeenschap met God. Wij zouden in gemeenschap leven met de Levende God. Het is een beeld van het Woord van God, dat in onze harten uitgestort wordt, en daar nieuw leven teweeg brengt. Nadat het ‘Zaad der wedergeboorte’ in ons hart is geplant, komt er nieuw, eeuwig leven uit voort. De Man geeft Zaad, en de vrouw, het schepsel, ontvangt, en gaat vruchtdragen. Tenminste als men zijn hart daarvoor openstelt. In de Bijbel worden wij opgeroepen tot gemeenschap met Christus; Hem leren kennen door bestudering van Zijn Woord, en daaruit proberen te leven.

1 Petrus 1
23 Gij, die wedergeboren zijt, niet uit vergankelijk, maar uit onvergankelijk zaad, door het levende en eeuwig blijvende Woord van God.

1 Johannes 1
3 Hetgeen wij dan gezien en gehoord hebben, dat verkondigen wij u, opdat ook gij met ons gemeenschap zoudt hebben, en deze onze gemeenschap ook zij met den Vader, en met Zijn Zoon Jezus Christus.

Eva werd geformeerd uit Adam

Genesis 2
21 Toen deed de HEERE God een diepen slaap op Adam vallen, en hij sliep; en Hij nam een van zijn ribben, en sloot derzelver plaats toe met vlees.
22 En de HEERE God bouwde de ribbe, die Hij van Adam genomen had, tot een vrouw, en Hij bracht haar tot Adam.
23 Toen zeide Adam: Deze is ditmaal been van mijn benen, en vlees van mijn vlees! Men zal haar Manninne heten, omdat zij uit den man genomen is.
24 Daarom zal de man zijn vader en zijn moeder verlaten, en zijn vrouw aankleven; en zij zullen tot een vlees zijn.

Typologische betekenis

Genesis 2
21 Toen deed de HEERE God een diepen slaap (type van de Verborgenheid, onze Bedeling) op Adam (verwijzend naar de laatste Adam, de Heere Jezus Christus) vallen, en hij sliep; en Hij nam een van zijn ribben, en sloot derzelver plaats toe met vlees.
22 En de HEERE God bouwde de ribbe, die Hij van Adam genomen had, tot een vrouw
(de Gemeente is het Lichaam van Christus, en staat vrouwelijk ten opzichte van het Hoofd Christus), en Hij bracht haar tot Adam.
23 Toen zeide Adam: Deze
(de Gemeente is het Lichaam van Christus)  is ditmaal been van mijn benen, en vlees van mijn vlees! (de Gemeente is onlosmakelijk verbonden met Christus) Men zal haar Manninne heten, omdat zij uit den man genomen is.
24 Daarom zal de
(M)man zijn (V)vader (God) en zijn moeder (het Joodse Volk) verlaten, en zijn vrouw aankleven (één worden); en zij zullen tot één vlees zijn. (Hoofd en Lichaam van Christus zijn Eén)

Die twee zullen tot één Vlees zijn

Markus 10
6 Maar van het begin der schepping heeft ze God (M) man (Christus) en vrouw (Zijn Lichaam, de Gemeente) gemaakt.
7 Daarom zal een mens (de Mens Christus Jezus) zijn vader (God de Vader) en zijn moeder (het Joodse Volk) verlaten, en zal zijn vrouw (de Gemeente) aanhangen;
8 En die twee (Hoofd en Lichaam, de Gemeente) zullen tot één vlees zijn, alzo dat zij niet meer twee zijn, maar één vlees.
(Eén Plant, één levend Organisme, Christus en Zijn Lichaam, door niets te scheiden)

Efeze 5
30 Want wij (alle gelovigen) zijn leden Zijns lichaams (het Lichaam van de Christus), van Zijn vlees en van Zijn benen.
31 Daarom zal een (M) mens (de Mens Christus Jezus) zijn (V)vader (God) en moeder (Joodse Volk) verlaten, en zal zijn vrouw (de Gemeente Zijn Lichaam) aanhangen; en zij twee zullen tot één vlees wezen. (Hoofd en Lichaam)
32 Deze verborgenheid is groot; doch ik zeg dit, ziende op Christus en op de Gemeente.

Niets kan ons scheiden van Zijn Liefde

Efeze 5
32 Deze verborgenheid is groot; doch ik zeg dit, ziende op Christus en op de Gemeente.

Paulus zegt hierboven in Efeze 5; ‘vanaf Genesis tot aan de Opstanding van de Heere Jezus Christus moest dit ‘een Verborgenheid’ blijven, maar nu maak ik bekend dat deze ‘samenvoeging door God‘, niet gaat over een willekeurige verbintenis van man en vrouw, maar over de verbintenis van Christus en Zijn Lichaam’. Adam en Eva zijn hiermee een type van de Hogepriester Christus, en de Gemeente, Zijn Lichaam. Welke ‘scheiding’ er in ons leven als gelovige ook zal plaatsvinden, niets en niemand, kan ons (Zijn Lichaam, de Gemeente, de gelovigen) scheiden van de Liefde van God, Welke is in Christus Jezus onze Heere.

Heup

In de Bijbel worden verschillende woorden gebruikt voor de aanduiding van de vrouwelijke geslachtsdelen. In de vorige studie over ‘de geslachtsorganen van de man’, zagen we al dat er begrippen zijn die gebruikt worden voor zowel de vrouwelijke, als voor de mannelijke geslachtsorganen. Zoals bijvoorbeeld het woord ‘heup’. Daarmee wordt niet het heupbeen bedoeld, maar de hele streek waarin de geslachtsdelen zich bevinden.

Exodus 1
5 Al de zielen nu, die uit Jakobs heup voortgekomen zijn, waren zeventig zielen; doch Jozef was in Egypte.

LEES VERDER IN DE PDF DE BIJBEL EN DE GESLACHTSORGANEN VAN DE VROUW-pdf

De Bijbel en de geslachtsorganen van de vrouw

De Bijbel en de geslachtsorganen van de vrouw

Reageren